Als varkenshouder heb je de hele keten nodig om je bedrijf circulair te maken. Dat kan niet in je eentje. Om tot een gezond systeem te komen, is een eerlijke prijs voor je producten noodzakelijk. De winstmarge wordt eerlijk verdeeld in de keten. Zo worden de extra kosten voor de varkenshouder, die centraal in de keten staat, vergoed.
Er zijn verschillende stappen die de ketenpartijen kunnen nemen om de transitie naar een circulaire varkenshouderij mogelijk te maken. Zo zijn elektrisch transport en zorg voor dierenwelzijn in het slachtproces belangrijke stappen. Een andere is de nauwe samenwerking met partijen als akkerbouwers, de levensmiddelenindustrie en afvalverwerkers voor de afzet van mest en reststromen voor varkensvoer. De varkenshouderijketen staat niet alleen in de transitie naar een circulaire sector. Ook de overheid heeft veel invloed op de stappen die een varkenshouder kan zetten, via wetgeving en het verlenen van vergunningen.
Dit is nodig omdat de varkenshouderij niet zelf circulair kan worden, alle partijen moeten hieraan meewerken.
Bij de juiste randvoorwaarden worden varkenshouders en andere ketenpartijen niet meer gehinderd door wetgeving en vergunning om stappen richting een circulaire varkenshouderij / keten te kunnen zetten.
Een veevoerleverancier is een ketenpartij die het voer voor de varkens maakt en naar de varkenshouderij vervoert. De samenstelling en oorsprong van het voer en de omgang met rest- en coproducten, en afvalstromen uit voerproductie hebben invloed op de circulariteit van de voerleverancier en de keten.
In de hele keten vindt transport plaats. Transporteurs kunnen levende dieren vervoeren van varkenshouderij naar varkenshouderij, of naar de slacht. Mest wordt van de varkenshouderij vervoert naar waar het verwerkt of gebruikt wordt. Ook in de verwerkende keten, van slachthuis tot retailer, worden producten vaak meerdere keren getransporteerd.
De slachterij slacht de varkens en heeft afvalstromen die op een goede manier verwerkt kunnen worden. Daarnaast is het dierenwelzijn in de slachterij van belang.
In de verwerkende keten wordt het vlees van de varkens verwerkt tot producten. Reststromen en co-producten van verwerkers die niet met dierlijke producten werken, zijn goed inzetbaar als varkensvoer.
De retailer verkoopt de varkensvleesproducten aan consumenten. Retailers hebben veel restproducten die normaal weggegooid worden, maar die nog goed ingezet kunnen worden. Ook heeft de retailer invloed op de prijs die voor het product betaald wordt, zowel door de klant als in de keten.
Een akkerbouwer kan ervoor kiezen om dierlijke mest op het land te gebruiken in plaats van kunstmest. Hiermee wordt een stap gezet naar een gesloten mineralenkringloop.
De overheid bepaalt met de wetgeving en vergunning die verleend worden de grenzen waarbinnen een varkenshouder kan opereren. Het is van belang dat de overheid voldoende ruimte biedt om ontwikkelingen te stimuleren die bijdragen aan een circulaire varkenshouderij.